Partita’s voor soloviool van J.S. Bach (bewerking voor B♭- en A-klarinet)

J.S. Bach
Partita’s voor soloviool
(bewerking voor B♭- en A-klarinet)
Opus 1
Release datum: 2021
ISBN 9 790803 760003

 24,90

Beschrijving

Deze bewerking is gebaseerd op het originele manuscript Sei Solo a violino Senza Basso accompagnato, beter bekend als de sonates en partita’s voor viool solo. Mijn bron was de kopie die Anna Magdalena Bach van het origineel heeft gemaakt. De vermelde nuances en fraseringen zijn, in de mate van het mogelijke, trouw aan het manuscript. Ik heb er niet één toegevoegd, zodat de vertolker genoeg vrijheid heeft om zijn eigen interpretatie te geven aan deze onmetelijk rijke muziek. De frasering in het manuscript geeft aan hoe de violist zijn strijkbewegingen kan indelen, aan jou om die te volgen of ze naar eigen smaak aan te passen. De dubbelslagen en ook de akkoorden (die violisten als arpeggio’s spelen) zijn gearrangeerd als noten met appoggiatura’s en arpeggio’s. Ik heb doelbewust niet alle noten systematisch zo omgezet om het geheel niet te zwaar te maken. Je kunt bijvoorbeeld zelf experimenteren hoe je de tweede stem naar voren kunt halen door de appoggiatura’s in de frasering te beperken.

Ik ben me ervan bewust dat de meeste klarinettisten zich niet helemaal op hun gemak voelen wanneer ze een partituur moeten spelen zonder aanduidingen voor tempi, nuances, frasering en ademhaling. Maar daarin schuilt volgens mij nu net de schoonheid van deze versie die zo dicht bij het origineel aansluit. Je kunt zelf op ontdekkingstocht gaan in dit fenomenale werk, je speeltechniek verfijnen (sommige passages zijn bijzonder lastig) en je eigen interpretatie geven aan de composities. Ik moedig je aan om te luisteren hoe virtuoze violisten deze stukken geïnterpreteerd hebben. Je zult er inspiratie uit putten en een heleboel ideeën opdoen. Ik hoop dat je aan het spelen van deze stukken evenveel plezier beleeft als ik !

Het woord partita is van oorsprong Italiaans en betekent ‘verdelen’. In de loop der eeuwen heeft het verschillende invullingen gekregen. Bij de Italiaanse componisten aan het einde van de 16de en in de 17de eeuw sloeg de term op een verzamelwerk, geïnspireerd op een dans. De oudste bekende compositie is van luitist Vincenzo Galilei en dateert waarschijnlijk van 1564. Het woord ‘partita’ betekende toen ‘verandering’, ‘wijziging’, vergelijkbaar met onze moderne variaties. Doorgaans ging het om bewerkingen van een traditioneel lied. In de 18de eeuw kreeg het woord vooral in Duitsland een andere betekenis. Het ging niet langer om een variatie, maar om een danssuite (doorgaans een allemande – voorafgegaan door een prelude, sinfonia of ouverture – gevolgd door een courante, een sarabande en een gigue, voor de gigue kon eventueel een bourrée of een menuet toegevoegd worden) zoals Christoph Graupner die componeerde. J.S. Bach maakt een onderscheid tussen de partita, een opeenvolging (suite) van dansen en een compositie die aansluit bij de sonata da camera, en de sonate, die gebaseerd is op de sonata da chiesa. De sonates en partita’s voor viool solo zijn daar het perfecte voorbeeld van. Je zou kunnen zeggen dat Bach het woord partita opvat als een synoniem voor ‘grote virtuositeit’.

Frédéric Matagne

Uittreksels om te downloaden